Blijf op de hoogte met onze gratis nieuwsbrief

De menselijke natuur en hoe de hele wereld is misleid aangaande haar herkomst (Tweede deel)

Stephen Leonardi/Unsplash

De menselijke natuur en hoe de hele wereld is misleid aangaande haar herkomst (Tweede deel)

Het ongelooflijke potentieel van de mens - Hoofdstuk 11

Vervolgd van De menselijke natuur en hoe de hele wereld is misleid aangaande haar herkomst (Eerste deel)

Voordat de mens werd geschapen, bewoonden engelen de aarde (2 Petrus 2:4-6). Deze engelen vervielen tot zonde. God had als koning over hen aangesteld Lucifer, een superaartsengel die Gods bestuur over hen moest uitoefenen (Jesaja 14:12-15; Ezechiël 28:11-17). Dit alles is in vorige hoofdstukken uitvoerig behan­deld.

Deze machtige koning Lucifer was het meest verheven en volmaakt geschapen wezen van alle schepselen (Ezechiël 28:12, 15). Bedenk echter dat een heilig en rechtvaardig karakter niet iets is dat zo maar ineens bij wilsbesluit in iemand kan worden geschapen. Het moet ontwikkeld worden in een onafhankelijk wezen door een proces waarin dat wezen het onderscheid leert zien tussen de juiste en de verkeerde weg, het goede leert kiezen en het slechte verwerpen, ook tegen eigen begeerte in.

De machtige Lucifer en de engelen onder zijn bewind (blijkbaar een derde van alle engelen) waren als onsterfelijke, uit geest bestaande wezens geschapen. Maar om als individuele wezens een eigen persoonlijkheid te kunnen bezitten, moesten zij worden begiftigd met het vermogen om kennis te hebben, te denken, te overwegen en hun eigen beslissingen en keuzen te maken.

Deze engelen volgden hun koning Lucifer toen deze besloot in opstand te komen tegen Gods bestuur en zich af te keren van en te rebelleren tegen Gods regering, Gods levenswijze. En dat is de weg van liefde, van onbaatzuchtige bezorgdheid voor het welzijn van anderen, de levenswijze van nederigheid, gehoorzaamheid aan en liefde voor hun Schepper, de weg van geven, dienen, samenwerken en samen delen. Zij kozen de weg van ijdelheid, begeerte en hebzucht, van rebellie, jaloezie en afgunst, van wedijver, twist en geweld, van wrok, verbittering en vernietiging. De overige twee derden van de enge­len zijn blijkbaar heilig, trouw en gehoorzaam aan Gods bestuur gebleven.

Maar nu, ten einde Zijn bedoeling met de bewoners van deze aarde uit te voeren en Zijn grootse en ontzagwekkende plan met het gehele universum dat Hij Lucifer en zijn engelen had toegedacht, te voltooien, is God bezig Zichzelf door mensen voort te planten.

De verheven aartsengel Lucifer was als geschapen wezen het toppunt van Gods scheppingsmacht. Toen hij in opstand kwam, was alleen God zelf nog over als degene op wie volkomen vertrouwd kon worden dat Hij nooit van Zijn weg—Gods regering—zou afwijken. Het is voor God onmogelijk om te zondigen, omdat Hij dat niet wil. God vatte toen het plan op Zichzelf te vermenig­vuldigen door middel van mensen.

Dit vereiste dat in de mensen Gods eigen heilige, rechtschapen karakter zou worden ontwikkeld en daarvoor moest die mens uit fysieke materie worden gemaakt, opdat hij zou kunnen verkiezen onder Gods bestuur te leven, opdat hij Lucifers (nu Satans) zelfzuchtige, opstandige weg zou kunnen afwijzen en zich inspannen die te overwinnen. Gods plan met de mens op aarde kan alleen slagen, wanneer die mens Gods leiding aanvaardt en Gods weg verkiest, als hij de weg van Satan definitief verwerpt en volkomen overwint.

God schiep de mens dus van fysieke materie en gaf hem een verstand als dat van Hemzelf, al stond het vanzelfsprekend op een lager niveau omdat het fysieke hersenen waren die in elke mens met intellect waren uitgerust door een geestelijk bestanddeel.

Ofschoon het heilige en rechtschapen karakter dat in de mens tot ontwikkeling moet komen in feite van God afkomstig is, moet ieder mens toch zijn eigen beslissing nemen. Hij moet zelf uitmaken of hij Satans methode wil verwerpen, zich ertegen verzetten en Gods leiding in gehoorzaamheid aanvaarden.

Adam werd daarom gedwongen te kiezen. God gaf Satan met opzet gelegenheid Adam met zijn weg van opstandigheid te confronteren. Maar Hij liet niet toe dat Adam het eerst door Satan werd benaderd. God zelf onderrichtte Adam wat Zijn weg was—de levenswijze van Gods regering gebaseerd op de wet van God—precies zoals Hij ook Lucifer en zijn engelen deze weg van Zijn bestuur had onderwezen.

Toen liet God toe dat Satan Adam benaderde. Satan deed dat via zijn vrouw. Op sluwe wijze verleidde Satan Eva om niet te geloven wat God hen had onderwezen. Adam volgde haar en verkoos tegen God op te staan en Gods bestuur over hen af te wijzen. Zij eigenden zich de kennis toe van wat goed en wat kwaad is—wilden zelf uitmaken wat goed en wat slecht was.

En toen gebeurde er iets in het denken van Adam en Eva—hun beider ogen werden geopend (Genesis 3:7). De geest en gezindheid van opstandigheid was in hun denken gekomen. Hun denken (hart) was nu verdorven, vol bedrog en door en door slecht.

En dat kwade in hen kwam van Satan, niet van God! Zij waren niet met deze verdorven natuur geschapen.

Maar hoe komt de mensheid, nu, aan deze verdorven geaardheid die wij de “menselijke natuur” noemen? Hebben de kinderen van Adam en Eva die van hen overgeërfd? Werd die natuur overgedragen door erfelijkheid?

Laat ik u een voorbeeld van erfelijkheid geven. God liet Adam inslapen, verwijderde een van zijn ribben en vormde daaruit Eva. Ontbreekt er nu bij alle mensen een rib door erfelijkheid? Natuurlijk niet. Verworven eigenschappen worden niet overgeërfd.

Adam en Eva kozen en kregen de zondige “natuur” of gezindheid van Satan. Die natuur hadden zij niet langs de weg van erfelijkheid gekregen. Jezus Christus noemde hun tweede zoon de “rechtvaardige Abel”.

Hoe komt het dan toch dat wij mensen allemaal deze verdorven natuur hebben die wij nu de menselijke natuur noemen?

Dit wordt ten dele verklaard in de tweede brief van Paulus aan de Gemeente van Corinthe. Hij zegt daar dat hij die Gemeente “als een reine maagd voor Christus [wil] stellen. Maar ik vrees, dat misschien, zoals de slang met haar sluwheid Eva verleidde, uw gedachten van de eenvoudige toewijding aan Christus afgetrokken zullen worden” (2 Corinthiërs 11:2-3).

Satan was nog op aarde toen Paulus dit schreef (Het waarom wordt elders uiteengezet.) De Corinthiërs hadden deze slechte inborst niet overgeërfd. De apostel was veeleer bang dat zij (in de dagen van het Nieuwe Testament) precies eender tot slechtheid zouden worden verleid als de stammoeder Eva—en wel rechtstreeks door Satan.

Eva had geen slechte natuur voordat Satan op het toneel verscheen en haar met zijn voorstel confronteerde. Satan misleidde Eva echter door listigheid. Eva’s kinderen kwamen niet met deze slechte natuur op de wereld. En ook de mensen van de Kerk te Corinthe werden er niet mee geboren. Maar Paulus vreesde dat Satan, die na zo’n 4000 jaar nog steeds aanwezig was, de geest van de Corinthiërs, net als die van Eva, zou perverteren.

Satan was nog steeds op aarde toen Christus werd geboren. Hij probeerde het Christuskind uit de weg te ruimen door het te laten doden. Satan was er nog steeds toen Jezus op Zijn dertigste jaar werd gedoopt. Nu probeerde hij Jezus geestelijk te vernietigen door hem in verzoeking te brengen. Zoals Satan Adam (geestelijk) had vernietigd, zo probeerde hij ook de “tweede Adam” te vernietigen. Ook vandaag is Satan er nog!

Sluw als hij is, heeft Satan kans gezien om vele, zo niet de meeste van de beste geesten zó te begoochelen dat zij helemaal niet in zijn bestaan geloven, maar denken dat hij slechts een mythe is. Niets vermoedend zijn de beste geesten misleid (Openbaring 12:9).

Dit is een waarheid die u als lezer absoluut moet weten!

Tot de gemeente van Efeze zei God bij monde van de apostel Paulus: “… Gij [die] vroeger gewandeld hebt overeenkomstig de loop dezer wereld, overeenkomstig de overste van de macht der lucht, van de geest, die thans werkzaam is in de kinderen der ongehoorzaamheid” (Efeziërs 2:2).

Laat dit goed tot u doordringen. Satan wordt hier “de overste van de macht der lucht” genoemd. Zestig jaar geleden kon ik dit nog niet begrijpen. Ik besefte toen nog niet hoe geluid en beeld onmiddellijk door de lucht kunnen werden uitgezonden.

In vorige hoofdstukken heb ik erop gewezen dat Satan, een de verheven aartsengel, de cherub Lucifer, het volmaaktste en machtigste wezen was dat God als individueel wezen kan scheppen. Oorspronkelijk was hij als volmaakt wezen geschapen. Maar hij is een geestelijk wezen en dus onzichtbaar voor het menselijk oog.

Dit grote en machtige, maar verdorven wezen is bij machte letterlijk de lucht om de aarde met zijn geest te vervullen. Hij zendt uit!

Waar u ook bent als u dit leest, tien tegen een dat er een stem of misschien muziek in de lucht om u heen is. Een radio of televisietoestel, ingesteld op de juiste zender, zou ze hoorbaar en zichtbaar voor u maken.

Elke mens is in zijn geest automatisch afgestemd op de golflengte van Satan. U hoort hem niet, want hij zendt geen woorden of geluiden, of muziek, of iets anders uit. Hij zend gevoelens uit. Gevoelens van egoïsme, begeerte, hebzucht, ijdelheid, jaloezie, afgunst, wrok, wedijver, twist, verbittering en haat.

Wordt vervolgd...

Ihp Nl